Alleen de kat kijkt naar certificaat van Olympische Spelen
Voor het olympisch kwalificatietoernooi in Italië keek ik met de Achterhoekse volleybalsters Lonneke Slöetjes, Myrthe Schoot en Femke Stoltenborg terug op de Olympische Spelen van 2016. Aan de hand van vier onderwerpen werd het een leuk gesprek over onder meer hun tastbare herinneringen, de magie van de Spelen en de vierde plek.

Achterhoekse volleybalsters | De Gelderlander
Tastbare herinneringen
Slöetjes: ,,Alles heb ik bewaard. Kleding, speldjes, klompjes. Ik kan het gewoon niet weggooien. Ik heb laatst alles uitgezocht. Over vijftig jaar trek ik de doos open en kan ik het mijn kleinkinderen laten zien.”
Schoot: ,,Ik heb een tatoeage van de ringen laten zetten, op mijn enkel. Ik heb ook nog kussentjes en kleding. En het olympische certificaat.”
Slöetjes: ,,Dat heeft mijn vriend ingelijst.”
In 2016 zei je nog voor de halve finale van de Spelen dat je niet in Brazilië was voor een certificaat. Nu is het ingelijst.
Schoot: ,,Haha, dat vind ik echt heel grappig.”
Slöetjes: ,,Het hangt in de kamer van mijn kat. Kan hij mooi zien hoe ik vierde ben geworden.”
Stoltenborg: ,,Ik heb een dagboek bijgehouden en onlangs een fotoboek gemaakt. Veel kleding heb ik weggegeven aan een kennis van mijn moeder, hij heeft een olympisch museumpje.”
Schoot: ,,Ik heb ook nog een olympische bal gekregen.”
Stoltenborg: ,,Die heb je gejat.”
Schoot: ,,Oké, meegenomen. Huilend, met de bal onder een hele stapel shirtjes, ben ik naar de kleedkamer gelopen. Die krijgt nog een speciale plek thuis.”
Stoltenborg: ,,Er zijn wel veertig van die ballen gejat. De ringen staan erop. Daarom werden ze na de wedstrijd meteen opgeruimd. Anders zouden er te veel verdwijnen.”
De magie van de Spelen
Schoot: ,,De Spelen leven veel meer dan een WK. In mijn buurt hing een scherm waar mensen de wedstrijden keken. Familie zocht elkaar op.”
Slöetjes: ,,De Spelen zijn iconisch, doordat het moeilijker is om je te kwalificeren. We waren er al twintig jaar niet geweest. Op een WK zijn we altijd.”
Schoot: ,,Tijdens de Spelen dacht ik ook elke dag: wow, dit is mijn droom, mijn doel in het leven. Ik heb dit bereikt. Als ik een pauw was geweest, had ik de hele tijd met mijn veren uit rondgelopen. Zo trots was ik.”
Slöetjes: ,,Tijdens de Spelen zei ik een paar keer tegen mezelf: kijk even bewust om je heen. Even het beeld van het uitzicht op mijn netvlies zetten bijvoorbeeld. Daardoor weet ik nog precies hoe mijn bed stond, hoe ik de gordijnen opendeed.”
Stoltenborg: ,,Er is zo veel te zien. Je kan heel makkelijk afgeleid worden.”
Schoot: ,,Het is grappig als je Novak Djokovic ziet zitten in de eetzaal. Maar we waren er niet als toerist.”
Slöetjes: ,,Als we een paar uurtjes vrij waren, konden we naar de andere kant van het Olympisch Dorp lopen en met iedereen een praatje maken. Wij kozen ervoor om te slapen. Daardoor had iedereen een goede focus.”
Stoltenborg: ,,We hadden van NOCNSF een presentatie gekregen, zodat we niet overdonderd werden. Maar de eerste dagen heb ik mijn ogen uitgekeken. Alles is groter dan bij een WK. Er zijn andere sporters, er is een heel dorp. Ik had ook veel meer een Nederland-gevoel.”
Schoot: ,,Ik had wel een geromantiseerd beeld. Niet alles was perfect. De was raakte kwijt, het eten was weleens koud. Er was een McDonald’s in het dorp. Dat soort dingen verwacht je toch niet?”
Slöetjes: ,,Nee, het was niet zo dat ik dacht: in wat voor een hemel ben ik beland?”
Schoot: ,,Er gebeurden wel veel leuke dingen. Er wordt toch weleens gezegd dat olympische sporters de grootste condoomverbruikers zijn? In de eetzaal stond een heel grote condoommachine, een soort kauwgomballenautomaat. Dat ding maakte zo’n herrie. Elke keer als dat geluid te horen was, ging de hele eetzaal juichen en klappen.”
Ik las onlangs de biografie van wielrenner Peter Sagan. Hij zat bewust buiten het Olympisch Dorp, vanwege alle seks, drugs en rock-‘n-roll. Was het zo erg?
Slöetjes: ,,Niets van gemerkt. Ik ben ook heel monogaam.”
Schoot: ,,Ik denk de meesten van ons.”
Stoltenborg: ,,De eerste dagen was het wel kijken en bekeken worden. Ik ben echt blind daarvoor, maar zelfs ik merkte het. Toen het toernooi begon werd dat minder. Maar ik denk dat als je erop uit bent, je alles kunt vinden wat je wil.”
De vierde plek
Schoot: ,,Ik was kapot. Leeg.”
Slöetjes: ,,De halve finale tegen China (3-1 nederlaag: 25-27, 25-23, 27-29, 23-25, JD.) ben ik helemaal vergeten. Ik heb de laatste twee wedstrijden van de Olympische Spelen ook nooit meer teruggekeken.”
Stoltenborg: ,,Ik probeer zo min mogelijk aan die laatste twee wedstrijden te denken, dan heb ik er ook geen last van.”
Ook al verloren jullie de troostfinale van de VS (3-1), die vierde plek was wel de bevestiging dat jullie bij de wereldtop horen. En het grote Nederlandse publiek maakte echt kennis met jullie.
Stoltenborg: ,,Maar je blijft vierde.”
Schoot: ,,Het is de slechtste plek. Toen we de halve finales haalden, dachten we dat een medaille zou lukken. Uiteindelijk gingen we met niets naar huis. Ja, een certificaat.”
Slöetjes: ,,Hadden we in de poulefase verloren van sterke teams, was het anders geweest.”
Stoltenborg: ,,Maar nu hadden we net zo goed een medaille kunnen hebben.”
Tokio
Stoltenborg: ,,We moeten nu eerst heel hard aan de bak. Kwalificatie is moeilijker dan goed presteren op de Spelen. In Europa zijn veel sterke teams.”
Slöetjes: ,,Ik kan me ook nog niet druk maken om een medaille. Eerst maar eens Tokio halen.”
Schoot: ,,Het belangrijkste is dat we tijdens het kwalificatietoernooi de eerste wedstrijd van België (vandaag, JD.) winnen. Dat houden we in elk geval kans en valt de beslissing tegen Italië (zondag, JD).”
Slöetjes: ,,Italië heeft een ontzettend sterke ploeg. Alleen de winnaar van de poule gaat naar de Olympische Spelen. De nummer twee moet in januari nog een kwalificatietoernooi spelen. Van de acht landen gaat er dan maar één. En Turkije is daar waarschijnlijk ook. Die hebben ook een heel goed team. En omdat je dan midden in het clubseizoen zit, heb je geen ideale voorbereiding.”
Schoot: ,,Ik heb wel heel duidelijk in mijn hoofd zitten: in Tokio gaan we voor goud. Maar goed, het proces om daar überhaupt te komen, is eerst nog wel een dingetje.”